Balans van de ruiter
Zit de ruiter niet in balans kunnen wij niet verwachten dat het paard in balans loopt!
Met de principes van centered riding geef ik balansles. Houding en zit kan het paard helpen of belemmeren.
Alle gewrichten van de ruiter moeten kunnen bewegen. Zet de ruiter één gewricht vast volgen de andere gewrichten ook. Daarbij geld de regel van comparable parts; dat wat de ruiter vast zet zal het paard ook vast zetten. Zachte ogen, blokken bouwen, intentie, ademhaling en rijden vanuit botten zorgen dat we het paard zo min mogelijk belemmeren in het lopen. Er zijn zoveel oefeningen wat een ruiter in balans kan brengen waardoor het voor, zowel paard als ruiter, fijner en leuker wordt!
Paard in balans
Kenmerkend voor het paard in balans is dat we het paard nooit via de teugel naar beneden vragen.
Als een paard niet in balans kan lopen gaat het paard rennen, bollen, steigeren of staken. Een ruiter op de rug van het paard zorgt namelijk voor een ander balanspunt wat voor een paard niet vanzelfsprekend is. Vergelijk het met als je zou lopen met een kind in je nek. Dan moet je anders de hoek om, bukken of stil gaan staan. Als een paard geen ruietr draagt kan hij plat door de bocht galoperen. Met een ruiter gaat dat niet want dan zou hij omvallen. De verandering van het balanspunt vraagt andere buigingen en dus ander gebruik van het lichaam. Wanneer de verdeling op beide schouders klopt (verticale balans) laat het paard de hals zelf vallen. Een goed samenspel laat het paard jouw hand opzoeken en vanuit hier kun je door naar de horizontale balans.
In deze les leer je de taal van je paard te begrijpen. Dat is de basis voor al het andere wat je wilt gaan doen met je paard.
We gaan het paard loswerken
Je leert dan wat de positie die het paard inneemt betekent, wat jouw positie ten opzichte van je paard betekent en je leert welke signalen jouw lichaam, soms onbewust, geeft aan je paard.
Deze les is een verdieping van 'Grondwerk I'.
Je leert onder andere je paard achterwaarts en zijwaarts te lopen. Ook leer je je paard achterwaarts de L-shape te lopen en over micadobalkjes te stappen.
In deze les leer je werken met lange lijnen.
Longeren met lange lijnen is een leuke afwisseling voor jou en je paard. Ook is het handig, tijdens het inrijden van een jong paard, de lange lijnen te gebuiken. Zo leer je het paard wat links en rechts is, halt te houden en achteruit te gaan. Dat is belangrijk om te doen voordat er een ruiter op gaat.
Ook kun je de lange lijnen gebruiken om een geblesseerd paard licht te trainen.
Lange lijnen is ook een leuke afwisseling voor paarden die niet bereden kunnen worden zoals kleine shetlanders.
In deze training leer je hoe je je paard kunt laten wennen aan situaties die het paard eng vindt.
We trainen met verschillende materialen zoals: paraplus, water, plastic, zeil, een sliertengordijn enz. Op deze manier dèsensibiliseer je je paard. Dat houdt in dat je paard gewend raakt aan situaties die onverwachts of eng voor hem zijn.
Ook dit kan een goede afwisseling zijn in je trainingen!
Aan de hand werken heeft meerdere voordelen. Het paard kan gymnastiseren zonder ruiter, de ruiter kan vanaf de grond zien wat er gebeurd en het is superleuk om te doen!